Hand in hand in de digitale wereld

16/06/2022

Een afspraak vastleggen via het online portaal van je lokaal bestuur. Een betaling uitvoeren via de app van je bank. Steeds meer deeltjes van ons leven worden gedigitaliseerd, maar is iedereen wel mee in dat digitale verhaal? Cijfers tonen ons dat dit niet het geval is en dat vele mensen nog een helpende hand kunnen gebruiken. Wel 40% van de Belgische bevolking is digitaal kwetsbaar en één van de bepalende factoren in het risico op digitale uitsluiting is het ontbreken van een ondersteuningsnetwerk. Een netwerk van mensen waar je vragen aan kan stellen en die kunnen helpen om je digitale vaardigheden te versterken, is met andere woorden cruciaal. Via dit netwerk van digihelpers kunnen digistarters nieuwe vaardigheden aanleren, waardoor ze sterker staan in de digitale samenleving en de effecten van digitale uitsluiting verminderen. Als je bijvoorbeeld zelf geen online afspraak kan maken bij de dokter maar iemand in je netwerk kan het voor je doen, worden de effecten van je digitale uitsluiting beperkt.

Word digihelper!

Iedereen kan deel uitmaken van een ondersteuningsnetwerk. Of je nu een vrijwilliger, een familielid of een professional bent, met de kennis die je hebt, kunnen vele digitale vragen worden beantwoord. Alleen moet je daarvoor in de eerste plaats herkennen wanneer iemand niet digitaal vaardig is. Heeft iemand angst om de computer te gebruiken? Weigert iemand het gekregen toestel te hanteren? Vraagt iemand steeds bevestiging vooraleer iets digitaal te doen? Grote kans dat deze personen niet met alle aspecten van het digitale leven mee zijn. Vraag hen niet direct of ze iets al dan niet kunnen, maar hoe vaak ze een bepaalde handeling uitvoeren. Bijvoorbeeld “Hoe vaak stuur je iemand een WhatsApp-berichtje?”. Is het antwoord op de vraag ‘nooit’, dan heeft de persoon misschien een duwtje in de rug nodig. Ga het gesprek aan waarom deze persoon nooit gebruik maakt van WhatsApp en vertrek van daaruit om digitale oefenkansen te creëren die de persoon steeds meer zelfvertrouwen geven.

“Een digihelper zijn gaat niet over een superheld zijn, maar samen zoeken hoe je mensen een klein stapje kan laten zetten in de digitale wereld” – een digihelper

Een digihelper is geen alleswetende superheld, maar beschikt vooral over veel geduld, begrip en positiviteit. Hoewel het belangrijk is jouw manier van aanpak af te stemmen op de digistarter(s) die je begeleidt, zijn er toch een aantal tips om als digihelper aan de slag te gaan. Een evidente maar toch cruciale eerste stap is de digistarter(s) die je begeleidt op hun gemak stellen. Niet altijd zal je reeds een persoonlijke band hebben, dus dan is het creëren van een sfeer van vertrouwen enorm belangrijk. Daarbij hangt rond het niet-digitaal vaardig zijn nog vaak een taboe en moet je dus rekening houden met mogelijke angst en schaamte. Eens je met de digistarter(s) aan het werk bent, benadruk dan elk succes. Deel de weg naar het leerdoel op in kleine stapjes en vier elke tussenstap die jullie daar samen in nemen. Neem hier zeker ook voldoende tijd voor. Een bergbeklimming lukt het beste in etappes!

Als digihelper ga je voortdurend zaken uitleggen, en de manier waarop je dat doet is even belangrijk als het doen zelf. Let dus in de eerste plaats op de woorden die je gebruikt. De digitale woordenschat bevat veel moeilijke en Engelse woorden, die je best even uitlegt of vertaalt. Wanneer de digistarter(s) die je begeleidt het niet begrijpen, probeer het dan op een andere manier uit te leggen maar vermijd het uitleggen van meerdere methodes als het niet nodig is. Eventueel kan je gebruik maken van een vergelijking met de dagelijkse leefwereld om iets helder te maken.

Bijvoorbeeld: Een mappenstructuur kan je vergelijken met een huis, waar je in elke kamer de spullen legt die bij die kamer horen. Als je je haardroger in de keuken legt, dan vind je hem later niet meer terug. Hetzelfde geldt voor documenten die niet op een logische plaats worden opgeslagen.

Als digihelper kan je aan 1-op-1 begeleiding doen of (langere) leertrajecten begeleiden. Beiden vereisen andere aandachtspunten. Bij 1-op-1 begeleiding bijvoorbeeld zal je wellicht vaak op het dilemma botsen wat je zelf doet en wat je de digistarter laat doen. De aangeraden vuistregel is dat wanneer je een handeling slechts eenmalig hoeft te doen, je dit beter als digihelper doet terwijl een handeling die vaak moet herhaald worden best door de digistarter zelf wordt geoefend. Wanneer je iets voor de digistarter oplost, beperk je dan zeker tot de technische aspecten en laat het inhoudelijke doen door de digistarter zelf, tenzij je een mandaat hebt om bepaalde zaken te regelen. Vraagt een digistarter bijvoorbeeld om te helpen met een betaling? Dan kan je tonen hoe je de bankapp downloadt, hoe je je aanmeldt en via welke knop je een overschrijving kan doen maar laat de digistarter zelf steeds het bedrag, beveiligingscode en andere velden invullen. Bij langere leertrajecten in groep is het in de eerste plaats belangrijk te zoeken naar de intrinsieke motivatie van elke deelnemer, aangezien je vaak te maken zal krijgen met een gemengde groep waarin sommigen heel gemotiveerd zijn en

anderen de cursus verplicht moeten volgen. Ook hier is het cruciaal om mensen op hun gemak te stellen en zich veilig te laten voelen.

Zijn er vragen waar jij als digihelper niet bij kan helpen? Dan kan je de digistarter(s) altijd doorverwijzen. Bekijk eerst of er in je buurt initiatieven zijn, zoals een digipunt in de lokale bibliotheek. Daarnaast zijn er ook een heel wat organisaties die bovenlokaal actief zijn. Denk maar aan Ligo, Digidak, SAAMO en Beego. Ook online kan je de digistarter(s) volop laten oefenen, van www.123digit.be tot www.oefenen.nl.

Benieuwd naar meer? Lees dan zeker de brochure ‘Aan de slag als digihelper’ op Mediawijs.be.